‘Deze kwaliteit vereist een kleine opleiding’

Minister van Engelshoven wil het gebruik van de numerus fixus terugdringen. Die harde grens zou ongewenste blokkades opwerpen. Op Windesheim is nog één opleiding met een numerus fixus, de bachelor psychomotorische therapie. Hoofddocent Thomas Scheewe legt uit waarom die noodzakelijk is.

Hoe lang gebruiken jullie deze methode al?
‘Eigenlijk maar net. Tot studiejaar 2017-2018 was er een, door DUO uitgevoerde, centrale gewogen loting. Deze loting hield rekening met hoogte van eindexamencijfers. Nu werken we met decentrale selectie waarbij Windesheim de selectieprocedure en -criteria bepaalt. De eerste groep studenten die via deze procedure is binnengekomen, heeft nu één jaar aan onze opleiding gestudeerd. De hele procedure wordt geëvalueerd. We hebben de selectieprocedure ontwikkeld in nauwe samenwerking met het studiesuccescentrum. Dat onderzoekt bijvoorbeeld in hoeverre studieresultaten en resultaten van de toelatingsprocedure samenhangen.’

Hoe werkt zoiets in de praktijk?
‘Bij een numerus fixus moet je als opleiding –dat is wettelijk zo vastgelegd – op minimaal twee soorten toelatingseisen selecteren. Wij hebben gekozen voor enerzijds de bewegingsassessment – die voor alle opleidingen binnen de CALO als aanvullende eis geldt – en anderzijds een combinatie van vaardigheden en persoonskenmerken. Het resultaat leidt op grond van toekenning van punten (max. 24) tot een rangorde en daarna nemen we 115 studenten aan. Enkele jaren terug waren dat er 105, voor komend jaar is het 115 en voor 2020-2021 gaan we naar 120, denk ik. Daarvan studeren er dan naar schatting iets minder dan honderd af. Maar, dat wil ik even benadrukken, studenten hoeven dus niet overal in te excelleren. Het gaat niet om “de beste” studenten; het gaat om de beste match tussen de student, zijn persoonlijke eigenschappen, en wat de opleiding en het vak van je vraagt.’

En waarom dat beperkte aantal?
‘We voelen een verantwoordelijkheid het werkveld niet te overladen met professionals. Daarnaast willen we de kwaliteit van onze opleiding borgen – dat is de belangrijkste beperkende factor. Onze opleiding is topopleiding ómdat we kleinschalig zijn, de studenten persoonlijke aandacht kunnen geven en topkwaliteit docenten hebben. Tot slot zou het onmogelijk zijn om voldoende stageplaatsen van goede kwaliteit te vinden.’

De minister wil dat studenten zoveel mogelijk moeten kunnen starten met de studie van hun keuze. Waar moeten de afvallers naartoe?
‘Studenten kunnen zich ook in Nijmegen aanmelden voor een PMT-opleiding, daar is geen numerus fixus – maar wel selectie! In Nijmegen starten jaarlijks iets van zestig studenten. Onze opleiding start méér dan Nijmegen vanuit het opdoen van eigen sport-, spel en bewegingservaringen en vaardigheden; meer vanuit bewegen dus. We hebben een eigen, uniek profiel. En een hele goede beoordeling in bijvoorbeeld de NSE.’

Dus jullie gaan hiermee gewoon door?
‘We moeten nog evalueren maar ik denk dat we hiermee doorgaan. Zolang we significant meer aanmeldingen krijgen dan we studenten kunnen plaatsen, blijft dit voor ons de beste oplossing. Groeien, alleen omdat er zoveel aanmeldingen zijn, is geen optie. Daarbij is die kwaliteitsborging voor ons toch het belangrijkste. Ik denk dat we als docententeam een lichte stijging van het aantal studenten wel aankunnen maar de manier waarop wij werken, dat persoonlijke “op de student zitten”, waardoor onze opleiding zo goed scoort, dat kan alleen als de opleiding niet veel groter wordt.’ (MH)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *