Nieuwe stadsdichter Zwolle: ‘Meer jongeren aan de poëzie!’

Jeroen Kraakman is de nieuwe stadsdichter van Zwolle. Met zijn 38 jaar is de student van Windesheim een stuk jonger dan de eerdere stadsdichters van Zwolle. “Dichten is vooral iets voor ouderen, jammer. Daar wil ik iets aan doen.”

Voor die missie heeft Jeroen (deeltijdstudent aan de lerarenopleiding Nederlands) twee jaar de tijd, want zo lang duurt zijn stadsdichterschap. “Ik merk dat poëzie echt iets voor oudere mensen is. Je ziet het ook bij dichters zelf: ik ben 38 en haal de gemiddelde leeftijd van stadsdichters naar beneden. Ik wil poëzielessen voor middelbare scholen ontwikkelen en speciale jongerenrondes organiseren voor de Nacht voor de Poëzie. En misschien dat Windesheimstudenten mijn gedichten gaan lezen omdat ik ook student ben. Meer jongeren aan de poëzie, dat is mijn doel dit jaar.”

Dichter van iedereen
Maar als stadsdichter heeft Jeroen nog meer taken. “Elke maand schrijf ik een gedicht voor huis-aan-huiskrant De Peperbus. Ook mag ik gedichten schrijven en voordragen over dingen die gebeuren in de stad. Over inwoners, maar ook over de Zwolse politiek. Daar kunnen bedrijven en inwoners me voor vragen. Ik ben niet verplicht om overal ja op te zeggen, maar ik wil stadsdichter van iedereen zijn. Ik sta in dienst van de stad en de inwoners, zo zie ik het. Ik ga dus wel véél ja zeggen. Als het lukt hoor, want ik ben ook nog bedrijfsleider van een woonwinkel, ik heb m’n studie én ik heb nog andere dichtactiviteiten.”

Details die plakken
Voor inspiratie voor al die gedichten hoeft Jeroen nooit ver te zoeken. “Ik kijk naar de details om me heen. Die blijven plakken. Ze raken en inspireren me. Laatst bijvoorbeeld: er was iets met de koffie aan de hand in de kantine op Windesheim. Daarom mochten we koffie pakken in de lerarenkamer. Daar stond zo’n typisch hoekje: simpel koffiezetapparaat, suiker en melk erbij. Maar daarnaast, op de grond, stond een print van een Van Gogh-schilderij. Weggemoffeld. Dat viel mij op: ze hebben het nog net niet in de vuilnisbak gegooid. Daar heb ik een paar dagen over nagedacht. Van Gogh is een van de bekendste schilders van Nederland, maar toch is zo’n schilderij op de grond naast een koffiezetapparaat beland. Een interessante situatie.”

Scherp en eerlijk
Die manier van observeren is typerend voor Jeroen. “Ik kijk bijvoorbeeld wel eens naar twee mensen op een terras. Wat is hun onderlinge relatie, denk ik dan. Of ik zie dat ze op een kantoor op zondagavond alle lichten aan hebben laten staan. Wat gek, waarom verspillen ze al die elektriciteit, gaat er dan door me heen. Daar kan ik dan zo weer een gedicht over schrijven. Die manier van kijken naar dingen maakt, denk ik, dat ze me kozen als stadsdichter. Ik ben scherp en eerlijk, en schrijf met humor. En omdat ik dus jonger ben dan mijn voorgangers, zit er een andere dynamiek in de gedichten.”

Frisse blik
Wel opvallend: Jeroen komt oorspronkelijk uit Hoorn en woont pas twee jaar in Zwolle. Kent hij de stad wel goed genoeg? “Natuurlijk is het handig om veel van de stad te weten, maar het is ook een voordeel dat ik een frisse blik heb. Als je dat niet hebt, schrijf je als stadsdichter misschien vaak over dingen die al door je voorgangers zijn benoemd.”

En over Zwolle valt genoeg te schrijven, vindt Jeroen. “De stad is gezellig, compact en rustig. De vlam slaat hier niet snel in de plan. Ondanks dat zie ik genoeg om me heen gebeuren. Helemaal als je inzoomt op de kleine dingen.”

Zelfs de orde van de dag op Windesheim biedt Jeroen inspiratie. “Wat ik bijvoorbeeld heel fascinerend vind, is dat als je een vraag stelt bij de balie, ze binnen 15 seconden het antwoord weten. Waar ik moet zijn voor een bepaald tentamen, bijvoorbeeld. De school is zo gigantisch, hoe weten ze het antwoord zo snel? Ik heb thuis overal briefjes liggen waar dit soort gedachten op staan. Er staan wel honderden halve en hele gedichten op mijn laptop en telefoon. Dichten is echt een uitlaatklep.”

Tekst: Silke Polhuijs
Foto: Herman Engbers


Verborgen grootsheid

De trap op naar de tweede verdieping
Drie gangen door en vier hoeken om
Loop je langs een ruimte, een hok
Lange tafels, knusse zithoeken
Achter gesloten ramen, troosteloos niks

Aan het einde een bar
De koffiemachine knarst
Uitgedroogde stroopwafels op plastic bordjes
Een zwijgende radio staat
Gebroederlijk naast een zoemende magnetron

Links van een kast gevuld
Met duizenden plastic bekers
En ongebruikte wijnglazen
Rechts van een lege fruitkrat op een rood krukje
Staat een meesterwerk

Vincent van Gogh
A sidewalk café by night
Het hing een decennium in mijn slaapkamer
Niemand die er kwam, besteedde er aandacht aan
Er lijkt niets veranderd.

– Jeroen Kraakman

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *