Liever groen

Het is lente. De stekjes lopen uit en moestuintjes schieten als paddenstoelen uit de grond. Vier studenten vertellen over hun groene vingers. “Ik loop elke dag langs mijn groenten.”

‘Natuur is meer dan je biologieboek’

Emiel Moree (20), eerstejaars student biologie, staat voor de klas en klust bij als hovenier.

“Ik wil pubers graag laten zien hoe bijzonder de natuur is en dat er zoveel meer te beleven is dan het lezen van je biologieboek. Op mijn stageplek zaai ik met mijn leerlingen bakken in met bloemen, planten en groenten. Zo laat ik ze zien wat de levenscyclussen van planten zijn. Het is toch veel leuker om in de moestuin te staan dan boven een studieboek te hangen? Ik leer mijn leerlingen graag over duurzaamheid en het milieu: ik laat ze bijvoorbeeld oplossingen voor recycling van afval verzinnen.

Bij mijn ouders in Drenthe hebben we altijd een grote tuin gehad, daar is het allemaal begonnen. Ik deed de opleiding tot hovenier, maar toen ik klaar was wilde ik verder leren. Ik wil mijn kennis overdragen, dus volg ik nu op Windesheim de docentenopleiding biologie. Toch heb ik mijn vorige vak nog niet opgegeven want naast mijn studie werk ik als hovenier. Ik leg vijvers aan, bouw schuttingen, leg bloemenborders aan en probeer op een duurzame manier tuinen te creëren.

‘Mijn watercacao vind ik het allermooist’

Isabel van den Berg (23), vierdejaars student communicatie, heeft een kamer vol planten én een eigen moestuin.  

Veel hoveniers spuiten onkruid kapot, die methode wil ik niet gebruiken. Het werkt snel, maar het is giftig en daar is het bodemleven de dupe van. Ook gaat het niet goed met de vlinders en bijen, dus die probeer ik terug te krijgen met speciale zadenmengsels. Daar groeien bloemen uit waar deze dieren op af komen en die ze in leven houden. Sinds ik deze studie doe, vraag ik me steeds vaker af: waar zijn we als generatie mee bezig? We moeten veel duurzamer omgaan met het milieu. Dat begint al in de biologieklas op de middelbare school.”

“Op mijn kamer staan tweeëndertig planten. Ik ben een tijdje ziek geweest en was dus veel thuis. Daarom besloot ik mijn kamer op te fleuren, wat uiteindelijk een uit de hand gelopen hobby werd. Mijn watercacao vind ik het allermooist. Het is een enorme plant: toen ik hem kocht was hij een meter hoog, en nu bijna twee. Hij komt bijna tegen het plafond aan. Zien hoe iets groeit vind ik gewoon bijzonder, en daarom vind ik het onderhouden van planten ook zo leuk.

Het begint hier inderdaad aardig vol te raken. Maar binnenkort ga ik op kamers en dan heb ik hopelijk wat meer ruimte. Want alle planten gaan mee natuurlijk. Mijn liefde voor groen uit zich overigens niet alleen in kamerplanten, ik vind de natuur buiten ook heel mooi. Zo heb ik stage gelopen bij Staatsbosbeheer en ben ik vaak in het bos te vinden.

In de tuin van mijn ouders heb ik een hoekje gekregen voor een eigen moestuin. Ook hier vind ik het weer heel leuk om de kleinste zaadjes uit te laten groeien tot een mega bonenstaak of volle tomatenplant. Ik heb veel aardbeienplanten; die aardbeien smaken tien keer beter dan die uit de supermarkt. Verder verbouw ik veel groenten zoals komkommers, courgette, paprika, bonen. Ik probeer ook een watermeloen te laten groeien, maar dat gaat nog niet zo goed vanwege het koude weer de laatste tijd. Ik hou mijn groenten goed in de gaten. Elke dag loop ik even langs om te kijken hoe het met ze gaat.”

‘We willen een duurzamer Windesheim’

Lara Kumm (22), eerstejaars student global project and change management, startte met studiegenoten een campusmoestuin.

“Het maken van een campusmoestuin was een opdracht voor school. Twee semesters lang waren we met z’n zessen bezig met een plan. En het is gelukt: op 26 april is de tuin geopend, hij ligt tussen gebouw A en B. Het idee is dat de moestuin meehelpt aan een duurzamer Windesheim. Maar het is ook de bedoeling dat studenten en medewerkers samen ergens aan werken en dat ze meer leren over organische landbouw, het behoud van bijen, voedselverspilling en dat soort dingen.

Ons team is al druk bezig geweest in de tuin, maar we werken ook samen met een docent en studenten van de biologieopleiding. Zij weten vooral veel over de grondsoort en hoe je de grond vruchtbaar maakt. Daarnaast is er een groepje vrijwilligers dat hopelijk alleen maar groter wordt, de bedoeling is dat na de zomervakantie meer mensen aansluiten. Ze mogen de moestuin gratis gebruiken: de zaadjes moet je zelf kopen, maar de opbrengst mag je houden of ruilen. Tot nu toe zijn er aardbeien, rabarber en tomaten geplant en kruiden, zoals basilicum en mint. Ze zijn nog klein, maar groeien al goed.

Om de planten sneller te laten groeien kun je compost gebruiken. De ‘composthoek’ hebben we zelf gemaakt met vier houten stokken en metalen draden die we ertussen hebben gespand. We konden wel een elektrische compostbak neerzetten waardoor het allemaal sneller gaat, maar we wilden juist iets maken wat geen energie verbruikt en waarbij de natuur het werk doet.”

‘Ik wil ook geiten en kippen’

Yann (23), eerstejaars global project and change management, heeft een moestuin bij zijn studentenhuis tussen het station en Windesheim. Hij kreeg daarvoor zelfs subsidie.

“Het stuk grond bij mijn studentencomplex kon je echt geen tuin noemen. Er waren geen bomen, geen planten, helemaal niks. Daar wilde ik iets aan doen. Ik kwam terecht bij NLdoet, een goed doel dat subsidies verstrekt aan vrijwilligersprojecten. We kregen vierhonderd euro om een moestuin te maken, daar heb ik veel mee kunnen doen. Mijn huisgenoten en ik creëerden in vier dagen de basis voor de tuin. Er kwam een tuinman helpen, Rova gaf ons compost en we kregen zelfs hulp van omwonenden. Eerst haalden we de bakstenen uit de grond en maakten we een bodem. Met de bakstenen bouwden we een muur aan de zijkant. Inmiddels zijn ook de eerste zaadjes geplant: kruiden, wortels en bonen.

Maar het gaat voor mij niet alleen om eten verbouwen. Ik vind dat de kwaliteit van je leven omhoog gaat als je groen om je heen hebt. En met de huidige klimaatcrisis is het goed dat mensen meer in contact staan met de natuur. We hebben er een prachtige plek voor: groot en met veel zon, dus waarom zouden we er geen gebruik van maken? Het liefst wil ik ook geiten en kippen, maar misschien is dat wel heel ambitieus.

In dit studentenhuis wonen eerstejaars van het Windesheim Honours College, die hier maar een jaar mogen wonen. Ze vertrekken dus weer over een maand. Ik zelf ook, maar ik voel me er verantwoordelijk voor om de volgende bewoners enthousiast te maken. Daar ga ik mijn best voor doen.”

Tips voor thuis

Petra van Zijtveld is docent aan de lerarenopleiding Biologie. Voor wie ook met planten wil beginnen heeft ze drie goede tips.

  • Geschikte kamerplanten? “Een aloë vera is heel makkelijk om te verzorgen maar echt mooi is ‘ie niet. Een graslelie daarentegen is ook makkelijk en is wél mooi. Makkelijke eetbare planten of kruiden zijn sla, bieslook en munt.
  • Wil je je dakterras of balkon een beetje opleuken? “Begin dan met hop. Deze plant doet het overal, ook in een pot. Hop is een hennepsoort die gebruikt wordt bij het maken van bier: je zou er dus zelfs je eigen bier van kunnen brouwen!”
  • Ook leuk én natuurlijk heel studentikoos: wiet. “Het is wel belangrijk dat je de juiste wietplant koopt, je moet niet de snelgroeiende hebben. Let er ook op dat een wietplant vreselijk stinkt. Ze staan best mooi op een balkon of terras maar houd dus wel rekening met je buren voor eventuele stankoverlast. Vijf wietplanten zijn toegestaan per persoon.”

Meer tips lees je op www.hogeschoolkrantwin.nl.

Tekst: Silke Polhuijs
Kadertekst: Reinhilde van Aalderen
Foto’s: Jasper van Overbeek

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *