‘Ondervoed, te klein en in lompen gehuld’

Rico Schuurman, vijfdejaars lerarenopleiding Geschiedenis, deed voor een schoolopdracht onderzoek naar de historische figuur Gerrit Bennink. Was hij een ordinaire onruststoker of voorvechter van de rechten van arbeiders?

Waarom is Bennink een interessant persoon?
Mijn aandacht werd aanvankelijk getrokken door zijn optreden tijdens een manifestatie in Den Haag tegen vrouwen- en kinderarbeid, in 1889. Hier sprak hij over de slechte arbeidsomstandigheden in ‘het Slavenparadijs Twenthe’. Hij toonde een 13-jarig meisje aan het publiek als toonbeeld van de mishandeling van de arbeidersklasse. Ze was ondervoed, te klein voor haar leeftijd en was gehuld in vodden.

De reacties waren overweldigend. Tientallen kranten in heel Nederland publiceerden in de week na de manifestatie een artikel over Gerrit Bennink. De reactie van één correspondent viel erg op, die van N.K. Snel uit Almelo. Hij publiceerde een vlugschrift getiteld: ‘Abuisjes of Jokkentjes’ (vergissingen of leugens) en pakte Gerrit Bennink hard aan. Bennink heeft hier zelf ook weer een reactie op gegeven: ‘Een antwoord aan het stekend ongedierte’, waarin N.K. Snel en de fabrieksbazen in Twente de wind van voren krijgen.

Voor ons onderzoek hebben wij ons voornamelijk verdiept in het optreden van Gerrit Bennink tijdens die manifestatie en in de beide vlugschriften die hierna werden geschreven.

Welke rol heeft Bennink gespeeld in de geschiedenis? 

Hij was oprichter van een SDB-tak in Hengelo, redacteur van een socialistisch weekblad en hij heeft stakingen in goede banen geleid in Almelo. Zijn werkgever ontsloeg Bennink na een aantal waarschuwingen. Vanaf dit moment werd hij als ‘socialistische onruststoker’ bestempeld, voornamelijk omdat hij veel contact had met Domela Nieuwenhuis en zich steeds vaker liet zien op socialistische bijeenkomsten en manifestaties. Ook werd hij politiek steeds actiever. In 1891 was hij kandidaat voor de Volkspartij, in 1900 zat hij als SDB-lid in de gemeenteraad van Hengelo en later deed hij dit zelfs partijloos. Vanaf 1900 heeft hij dus een socialistisch geluid laten horen in de wetgevende macht.

Waarom verdient hij het predicaat onruststoker?

Dat heeft meerdere oorzaken. Bennink noemde in 1886 zijn oud-werkgever D.W. Stork een ‘geraffineerde uitzuiger’. Stork heeft over deze uitspraak een rechtszaak tegen Bennink aangespannen, en gewonnen. Dit resulteerde in een celstraf van tien dagen en veertien dagen onrust rondom het huis van Bennink.

Bennink maakte de carrièreswitch van fabrieksarbeider naar socialistisch propagandist. Daarna is hij gegroeid in zijn rol als oproerkraaier. Hij ging spreken op socialistische bijeenkomsten, waar hij de fabrieksheren als moordenaars wegzette. Ook in Den Haag in 1889 nam hij geen blad voor zijn mond. Hij sprak daar onder andere de zin ‘De fabrieksbazen in Twente vergroten hun weelde over de lijken van de arbeidende klasse’ uit.

Had het enig effect?
Bennink was duidelijk uit op een reactie, op een luisterend oor. Bij voorkeur een luisterend oor met enige politieke invloed. Dit oor was er in 1889 alleen nog niet. Daarom bleef Bennink spreken op manifestaties. We kunnen wel zeggen dat zijn geschreeuw in die jaren steeds luider en brutaler is geworden.

Het probleem van Gerrit Bennink was de ontbrekende erkenning voor de slechte situatie van de arbeiders. Zijn geschreeuw heeft ook niet direct tot iets geleid. De fabrieksbazen deden wel kleine dingen om de omstandigheden in hun fabrieken te verbeteren, maar dit was lang niet snel of toereikend genoeg. De situatie van de arbeider bleef slecht en vooral uitzichtloos. Bennink staat aan de vooravond van de sociale kwestie, de politieke strijd om deze situatie van de arbeiders te verbeteren. Misschien heeft hij er wel voor gezorgd dat de sociale kwestie iets eerder is aangebroken, misschien heeft hij daar helemaal geen invloed op gehad.

Hoe zouden we tegen hem aankijken als hij nu had geleefd?
Een Gerrit Bennink die in de 21e eeuw bijvoorbeeld opkomt voor de rechten van fabrieksarbeiders in sweatshops in Bangladesh zou natuurlijk anders ontvangen zijn. Door de globalisering en de kracht van onze media weet bijna iedereen in de wereld wel hoe arbeiders behandeld worden in Zuidoost-Azië. Iedereen met een westerse achtergrond weet ook dat deze situatie niet goed is en dat het beter zou moeten. Al weet ik niet of de mondiale burger begrijpt wat er voor nodig is om die verandering in werking te stellen en wat de gevolgen hiervan zouden kunnen zijn.

Een paar weken geleden gaf je een lezing over Bennink in het Historisch Centrum Overijssel. Hoe kwam je daar zo terecht?
Dit jaar er is in elke provincie een Historisch Café, opgezet door Lise Koning, zij is jonge historica en jonge archivaris van het jaar 2018.
Vanwege de naam van een biertje van een lokale bierbrouwerij hebben ze voor het thema ‘Onruststokers’ gekozen. Ik heb met twee jaargenoten besloten om ons onderzoek te combineren met dat thema. Al gauw kwam Gerrit Bennink bovendrijven. Hij trok onze aandacht omdat hij in zijn werken formuleerde op het scherp van de snede, dus ons onderzoek over hem sloot naadloos bij het thema aan.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *